Scheiden: de gevolgen voor kinderen

Steeds meer kinderen worden de dupe van een scheiding. Per jaar worden 50 a 60 duizend kinderen betrokken bij een scheiding, doordat één op de drie huwelijke op de klippen loopt. Wat is de invloed hiervan op de schoolprestaties van deze kinderen?

woensdag 23 maart 2011

Opmars van de echtscheiding


Tegenwoordig eindigt één op de drie huwelijken in een echtscheiding. ‘Botsende karakters’ is de meest genoemde reden om te scheiden. Maar waardoor is het aantal echtscheidingen de afgelopen veertig jaar zo extreem gestegen, terwijl het aantal huwelijken in dezelfde periode juist is gedaald?


Een van de vaakst genoemde redenen voor zowel mannen als vrouwen om uit elkaar te gaan is het botsen van de karakters. De daarna belangrijkste reden voor een paar om uit elkaar te gaan is omdat er iemand anders in het spel is.
Mannen noemen daarnaast ook vaak als reden dat ze op elkaar uitgekeken waren of dat de toekomstplannen onverenigbaar waren. Veel vrouwen geven dit ook op als reden voor hun scheiding, maar wat vooral meer vrouwen noemen is dat er sprake was van lichamelijk geweld of verslavingsproblemen.
Het is goed om te weten waardoor de meeste huwelijken op de klippen lopen, toch verklaart dit niet waarom er veertig jaar geleden nog niet zoveel huwelijken werden ontbonden. Pas vanaf 1970 begon het aantal echtscheidingen expliciet te stijgen. In dat jaar werden er tienduizend huwelijken ontbonden, vijftien jaar later, in 1985, waren dit er bijna 35 duizend.

Emancipatie
Toen vanaf 1970 steeds meer mensen van elkaar scheiden speelde emancipatie hierbij een rol. In deze jaren en de jaren ervoor streden steeds meer vrouwen om gelijke rechten. Hierdoor gingen meer gehuwde vrouwen aan het werk. Een stijging in de arbeidsparticipatie van de gehuwde vrouw zorgde ervoor dat meer vrouwen financieel onafhankelijk werden van hun man, dit gaf hen de mogelijkheid op eigen benen de staan en bij hun man weg te gaan wanneer zij dit wensten.

Secularisatie
Ook secularisatie, het minder kerkelijk worden van de Nederlandse bevolking heeft bijgedragen aan de stijging van het aantal echtscheidingen. Al eind negentiende eeuw kwamen er steeds meer mensen bij die niet kerkelijk gezind waren. Vanaf 1960 begon deze groep sterker te groeien. De macht van de kerk nam hierdoor af. De gedachte die in Nederland heerste begon weg te ebben: “Wat de Heer samenbrengt, scheidde de mens niet.” Meer mensen kregen de ‘durf’ om te scheiden wanneer het huwelijk niet meer werkte. Men was niet alleen zelf minder gehecht aan de kerk, men hoefde ook niet meer zo bang te zijn dat men met de nek werd aangekeken.

Individualisering
In Nederland wordt het individu steeds belangrijker. Zo waren er vooral hoger opgeleidde die in de jaren zeventig pleitte voor een scheiding tussen huwelijk en seksualiteit. Het huwelijk nam hierdoor niet alleen af in populariteit, ook scheiden werd niet meer als een schande gezien. Er was leven na het huwelijk. Alleen en zelfstandig zijn werd niet meer als iets negatiefs gezien, maar kon juist heel positief zijn!
Bovendien ontwikkelden veel Nederlanders sterkere individuele meningen over werk, wonen, opvoeden, enzovoorts. Huisje, boompje, beestje was niet de enige mogelijkheid. Dit gaf partners meer stof om op te kunnen botsen.

Haagse Conventie
En ook de wet versoepelde de wet zodat scheiden makkelijker werd. Op 1 juni 1970 werden echtscheidingen en scheidingen van tafel en bed erkend. Dit maakte scheiden voor veel mensen veel makkelijker. Voor de wetswijziging sprak de rechter alleen een echtscheiding uit wanneer er binnen het huwelijk sprake was van bijvoorbeeld overspel, mishandeling of een misdrijf.
De wetswijziging zorgde ervoor dat een echtpaar kon scheiden wanneer er sprake was van ‘duurzame ontwrichting’. Dit betekent dat men kon scheiden als de verhouding binnen het huwelijk zo moeilijk was geworden dat bij elkaar blijven onmogelijk was geworden. Als hiertegen geen bezwaar werd gemaakt door de partner sprak de rechter de echtscheiding uit. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten